Ethiek & tradities
Als jager ben ik erg bezig met wat de toekomst zal brengen voor onze passie en levensstijl. We zijn bezorgd om ons lot als gevolg van 'plagerijen' door de anti-jacht-lobby, politieke onwetendheid en administratitieve rompslomp. Gelukkig zien we hier en daar een klein lichtpuntje waaraan we ons kunnen optrekken in de vorm van bijvoorbeeld kookprogramma's. Laat ons wel wezen, het enige wat door zowat de hele bevolking als positief wordt aanzien aan de jagerij is wel het wildbraad maar dit terzijde.
​
Aan ons lot zit ook een rijke overlevering van ethiek, tradities, gewoontes en gebruiken die onze voorouders ons hebben nagelaten gekoppeld, en die mogen we in ieder geval niet verloren laten gaan. Deze ongeschreven gewoontes en tradities zijn geen wetten die ons als jager door justitie opgelegd worden maar het zijn regels die al gedurende eeuwen beschouwd worden als gegrond, juist en aanvaard door de meeste jagers en die wij op onze beurt moeten overdragen aan toekomstige generaties.
​
Als ik zie dat zowel bij oud als jong niet veel meer geweten is van deze ethiek, tradities, gewoontes en gebruiken, dan denk ik dat we er alles moeten aan doen om het tij zo snel mogelijk te keren.
JACHTETHIEK
​
Voor de jager betekent ethiek het navolgen van de ongeschreven, maar daarom niet minder belangrijke regels, ten opzichte van het wild, de natuur, zijn collega’s en de maatschappij. Een jager die zich aan de ethiek kan houden wordt in het vakjargon als weidelijk jager aanzien.
​
Weidelijkheid is zoals hiernaast beschreven :
JACHTETHIEK
​
Voor de jager betekent ethiek dus het navolgen van de ongeschreven, maar daarom niet minder belangrijke regels, ten opzichte van het wild, de natuur, zijn collega’s en de maatschappij. Een jager die zich aan de ethiek kan houden wordt in het vakjargon als weidelijk jager aanzien.
· Weidelijkheid is een houding, een gedragslijn, een bewuste verantwoorde manier van jagen. Ook buiten de jacht zal een weidelijk jager zich als mens ook weidelijk gedragen en eerlijk en oprecht handelen.
· Weidelijkheid kent geen misbruik en aanvaardt geen uitbuiting. Zin voor weidelijkheid heb je of heb je niet.
· De afstand tussen leren jagen en zich weidelijk gedragen is enorm. Die kloof moet je zelf overbruggen en de wijze waarop je dat doet wordt al voor een groot stuk door je karakter bepaald.
· Weidelijkheid is ook je ‘stiel’ kennen en die vakkennis positief uitdragen als jager.
ethiek, tradities, gewoontes en gebruiken ethiek, tradities, gewoontes en gebruiken
Weidelijkheid is een houding, een gedragslijn, een bewuste verantwoorde manier van jagen. Ook buiten de jacht zal een weidelijk jager zich als mens ook weidelijk gedragen en eerlijk en oprecht handelen.
​
Weidelijkheid kent geen misbruik en aanvaardt geen uitbuiting. Zin voor weidelijkheid heb je of heb je niet. Iets tussenin bestaat niet.
​
Weidelijkheid is ook je ‘stiel’ kennen en die vakkennis positief uitdragen als jager. Dat kan door in de klas van je zoon/dochter/neefje/nichtje wat uitleg te geven maar ook door wandelaars of fietsers uit te leggen wat we doen.
JACHTBREUKEN
Sinds mensenheugenis hebben ‘breuken’ een belangrijke rol gespeeld in het leven van jagers. De kennis van de tekens gaf aan de vindingrijke jagers de gelegendheid elkaar te begrijpen en onderling in verbinding te staan zonder dat niet-ingewijden het bemerkten. Het was een symbool van de wettelijke en correcte jacht.
​
Er zijn 2 soorten ‘breuken’, namelijk de ‘begripsbreuk’ die vroeger door de jager gebruikt werd om de weg of vluchtweg van het wild aan te duiden. Deze breuken werden door onze moderne communicatiemiddelen vervangen en worden zo goed als nergens meer gebruikt. Daarnaast zijn er de ‘jachtbreuken’ die wel nog steeds ingeburgerd zijn. Deze zouden in principe uit een twijg van eik, els, den of spar moeten zijn.
Onder de jagersbreuken zijn 4 ondersoorten
In bezitnamebreuk
Deze breuk wordt door de jachtheer of eventueel ook door de jager op zijn/haar stuk wild gelegd om aan te tonen dat hij/zij het stuk in bezit genomen heeft. De breuk wordt op de linkerflank van het wild gelegd. Bij mannelijke dieren met de afgebroken kant naar de kop, bij het vrouwelijk wild naar onder. (Enkel bij hert, damwild, ree en everzwijn)
​
Laatste beet
Alle mannelijke wild ontvangt ook een breuk die tussen de tanden wordt gestopt als ‘verzoening’ met het gestrekte wild.
​
Schuttersbreuk
​
Deze breuk wordt met het zweet (bloed) van het gestrekte wild bevochtigd en overhandigd aan de jager die het stuk kon strekken. Deze breuk wordt door de jachtheer aangereikt op het naakte lemmet van een jachtmes of bij gebrek aan een jachtmes, bovenop de hoed van de jager. De jager plaatst de breuk dan onmiddellijk aan de rechterzijde van zijn hoed. De jachtheer wenst de jager een waidmannsheil waarop de jager met waidmannsdank en een handdruk antwoord.
Indien het wild dient nagezocht te worden, dan overhandigt de jager een deel van de breuk aan de begeleider van de hond die een deel aan de rechterzijde van zijn hoed steekt en een klein deel aan de halsband van de hond bevestigt. Door dit gebaar toont de jager het belang van de tussenkomst aan.
​
Feestbreuk
een kleine breuk, geplaats aan de linkerzijde van de hoed om aan te tonen dat iemand deel uitmaakt van de jachtwereld. Deze breuk wordt gedragen bij jachtmanifestaties maar ook bij de uitvaart van een vriend-jager.
LEGGEN VAN WILD
​
Een oude uitspraak zegt :”Een jager die zichzelf respecteert, respecteer ook zijn wild.”
Eén van de belangrijkste zaken bij zowel grof- als kleinwild, is dat je bij het tableau uitleggen, het wild ALTIJD op de rechterflank legt met het hart naar de hemel gericht. Roofwild (met uitzondering van de vos) daarentegen wordt steeds op de linkerflank gelegd.
​
TABLEAU PRESENTATIE
​
Op het einde van een jachtdag stelt de jachtheer het tableau van het gestrekte wild voor. Idealiter ligt het wild nooit op de naakte grond maar op een tapijt van takken of bladeren.
GROFWILDTABLEAU
​
Alle gestrekte wild ligt op de rechterzijde, het roofwild (behalve vos) op de linkerzijde. Alleen mannelijke wild krijgt een “laatste beet”.
​
Eerste rij Roodwild in orde van belangrijkheid (hert, hinde, kalf)
Tweede rij Damwild, moeflon, ever en ree (ook in volgorde van belangrijkheid)
Derde rij Vos met opgeheven staart. Links ervan het andere wild alsook eventuele gevonden afgeworpen geweistangen.
KLEINWILDTABLEAU
​
Eerste rij Vossen met de staart naar boven geplooid
Tweede rij Hazen (elke 10de haas met een halve haaslengte opschuiven)
Derde rij Konijnen
Vierde rij Fazanten (links daarvan, patrijzen en duiven)
EERBETOON
Na het opstellen van het tableau wordt een eerbetoon geblazen en bedankt de jachtheer iedereen voor zijn deelname en medewerking (jagers/drijvers/hondenmensen/catering) Daarna moet het wild per soort geërd worden door de jachthoornblazers. Na elk hoorngeschal overhandigt de jachtheer de breuken aan de verschillende jagers en biedt de breuk aan op het lemmet van een jachtmes of, zoals hierboven reeds gezegd, boven op de hoed van de jager.
Een jager die een niet toegelaten stuk wild heeft gestrekt ontvangt een kleine breuk om op de vergissing te wijzen zonder de jager te kwetsen.
​
Bij een kleinwildtableau zijn behalve voor een jager die een vos met een kogel weet te strekken, geen breuken voorzien.
​
Enkele belangrijke punten waarop gelet moet worden tijdens de ceremonie!
​
1) Tableau moet voldoende verlicht zijn door kampvuur of fakkels.
2) Een ingetogen rustige sfeer is een must
3) Nooit over het wild stappen op het tableau stappen
4) Een correct geklede jager presenteert zich met hoed op en ontladen wapen aan de schouder.
​
Als de ceremonie gedaan is, wordt dit door de blazers aangegeven door het ‘Halali’ te blazen. Elke jager neemt dan zijn hoed af als respect naar het wild, de organisatie, drijvers, honden en medejagers.
​
Als afsluiter voor nieuwbakken jagers : een goeie traditie bij een invitatie is dat de jager die een uitnodiging krijgt, ook een presentje voor de persoon die een uitnodiging gegeven heeft, meebrengt. Dat kan van een lekkere doos pralines, over een mooie fles wijn tot een exquise fles champagne zijn.
​
Alvast veel plezier, let op de veiligheid én weidelijkheid en je wordt een graag geziene gast die overal mag teruggaan.
​
BRONNEN :
* Dag Jagdliche Brauchtum van Walter Frevert (P.Parey, Hamburg)
* Mannen in het groen van Heidi Dahles (Sun Nijmegen)
* Woud, Jacht, Visvangst, Leefmilieu – Jachtethieken en gebruiken (Vos)
* Le grand livre de la chasse de A.Montbrison
* Wild, Jagd und Umwelt : Die Jagdverbände der Schweiz
* Vor und nach der Jagdprüfing van Herbert Krebs
* Larousse de la chasse d’aujourd’hui